Opzij, Opzij, Opzij


We leven in een hectische tijd, waarbij het economische denken zich meer en meer in de verschillende vakgebieden nestelt.  Zelfs de gezondheidszorg en het onderwijs worden erdoor ingekapseld.  "Beleidsnormen, targetbepaling, assessment, swot-analyses, accreditaties, het-meten-is-weten-principe" zijn holle termen die de betrokken slachtoffers permanent onder druk zetten.  Hoofdverpleegkundigen en docenten worden geleidelijk aan managers.

De werkgevers bepalen een strikt kader, waarbij de werknemer steeds minder zeggenschap krijgt, maar eerder blootgesteld wordt aan meer controles, evaluaties en functioneringsgesprekken.  Het diffuus beleidsplan wordt weinig concreet gecommuniceerd en de werknemers komen meer en meer in een soort strak keurslijf terecht, waar menselijkheid en creativiteit minder mogelijkheden krijgen om te ontplooien.  Ondanks deze beperkingen in persoonlijke vrijheid, wordt er verwacht dat de werknemer uiterst flexibel, vitaal en mentaal fit blijft in een hectische ratrace waarbij de toekomst (werkzekerheid, promoties, overplaatsing,..) onzeker en duister blijft.

In deze tijd van fusies, globalisering, centralisatie en technologisering, merk je een gestage kloofvorming tussen arm en rijk, maar ook tussen beleidmakers/leiders en de werkende mens die zich beweegt in een overspoelend, chaotisch en complex netwerk van handelingen, deadlines, verplichtingen, betalingen en regelingen.  Daarbij komt nog de sociale druk om het ‘te maken’ als partner, vriend(in) en ouder.  ’s Avonds kunnen we deze hectische wervelwind soms enkel nog verteren en compenseren door het collectieve gebod van ‘genieten’.  Televisie, consumeren, alcohol en games kunnen ons even afleiden van de overdonderde dagelijkse stroom van overinformatie.  De overprikkeling trachten we dan te blussen met een ander soort prikkels.

We leven enerzijds in een veilig en economisch sterk land met erg veel voorzieningen, maar anderzijds merken steeds meer mensen dat ondanks onze vele keuzemogelijkheden en materiële rijkdommen, we toch niet echt vrij zijn.  Veel mensen die hun wensen op materiëel vlak gerealiseerd hebben, voelen zich toch nog niet onafhankelijk en gelukkig.  Steeds is er dit knagend gevoel van tekort.  Zijn we echt vrij als mens in een samenleving met politieke normen en economische bepalingen die ons in een richting duwen?  Een maatschappij die ons voortdurend tracht te verleiden met media en marketing die ons de weg tot groepsacceptatie en tevredenheid zou tonen.  Waar we constant tegenstrijdige berichten krijgen over besparingen, toename van armoede en spaarboekjes die verliesboekjes worden.  En dan die blijvende stijging van psychische aandoeningen en consumptie van psychofarmaca.  Het blijkt duidelijk dat deze neoliberale mentaliteit die zich overal listig nestelt, serieus zijn tol begint te eisen op verschillende vlakken.  Deze absurde ratrace draagt bij tot vermoeidheid, mentale en fysische spanningen, burn-out, middelenafhankelijkheid en stemmingsstoornissen.  Te vlug wordt dit mentaal onevenwicht bij de huidige mens gelinkt aan een hooggevoeligheid, gebrek aan wilskracht en een aanwezige kwetsbaarheid.  De nadelige gevolgen van een verstikkend systeem waarbij menselijkheid en creativiteit weinig kansen krijgt en waar concurrentie en narcisme floreren, worden te gemakkelijk over het hoofd gezien.

Populaire posts van deze blog

Misantroop

De Neoliberale Meritocratie