Vaatwas

Het afwasteiltje heeft zijn toekomst achter zich. Want hoe zuinig u ook bent met water en energie, van een vaatwasser kunt u het nooit winnen.
De Spanjaard draaide de kraan open, en pas 447 liter water later beschouwde hij de afwas als gedaan. Veel beter deed de Brit: die had slechts veertien liter water nodig om eenzelfde vuile vaat schoon te krijgen. Maar ook dan nog moest hij het afleggen tegen het water dat een moderne vaatwasmachine verbruikte: amper tien liter. De mens kan het niet meer winnen van de machine, zo blijkt uit onderzoek van de universiteit van Bonn, als het om duurzaam afwassen gaat. In het International Journal of Consumer Studies presenteren onderzoekers van de universiteit een vergelijking tussen de afwasgebruiken in zeven Europese landen met als conclusie: met de hand de afwas doen is passé. Rainer Stamminger nam de proef op de som met 113 Europeanen uit tien Europese landen, die in het laboratorium een standaard-vaat van twaalf couverts mochten komen afwassen, net zoals ze dat thuis zouden doen. Op het vaatwerk (140 stuks serviesgoed, bestek en glazen) zaten de aangekoekte resten van spinazie, gehakt, havermout, melk, margarine, thee en eigeel. Gemiddeld deden de proefpersonen er 79 minuten over, hadden ze 103 liter water nodig, en verbruikten ze 2,5 kWh energie om het vaatwerk schoon te krijgen. Maar de verschillen tussen de nationaliteiten waren groot. Het spaarzaamst met water waren de Duitsers, de Britten en de Ieren: die deden de vaat al met vijftig liter water, duidelijk beter dan de Spanjaarden, Portugezen, Turken, Italianen, Fransen, Polen en Tsjechen. (Er deden geen Belgen aan het onderzoek mee.) En omdat de meeste energie bij de vaat naar het verwarmen van het afwaswater gaat, waren ze ook beduidend zuiniger met energie. Maar geen van allen konden ze optegen twee vaatwasmachines (met het milieulabel A/A/A) in het laboratorium die dezelfde vaat te verwerken kregen. Zij verbruikten, ondanks de hogere wastemperaturen, maar de helft van de energie van de handwassers, en kregen de vaat ook nog eens beduidend schoner. Maar komt een resultaat uit het lab ook overeen met de realiteit? Stammingers student Christian Paul Richter zocht het uit in de keukens van tweehonderd Duitse, Zweedse, Italiaanse en Britse huishoudens, sommige mét, andere zonder vaatwasser. Deelnemers moesten een dagboek bijhouden en foto's nemen van hun vaatwaskorven, vóór ze de machine aanzetten. Bovendien werd in 82 huishoudens ook nog eens een webcam op de wasbak gericht. Handwassers kregen een reeks tips om bij het afwassen zo zuinig mogelijk met water en energie om te springen.
Desondanks gebruikten huishoudens met vaatwasser ook in dit deel van de studie een derde minder energie en de helft minder water dan huishoudens die de vaat met de hand deden, aldus Richter in het International Journal of Consumer Studies. En dat terwijl de proefhuishoudens vaak niet eens zo efficiënt met hun vaatwasmachine omsprongen – in een op de vijf gevallen werd de machine al aangezet nog voor ze helemaal vol was geladen.
Vaatwassers zijn niet altijd zuiniger geweest, zegt Richter. Maar de jongste twintig jaar zijn ze steeds efficiënter geworden. ‘Ze gebruiken een derde minder energie en minder dan de helft van de hoeveelheid water van de eerste modellen. Daar is met schuursponsje en vaatdoek niet meer tegenop te concurreren – vooropgesteld dat de vaatwasmachine met verstand van zaken wordt bediend.' Dat blijkt niet altijd het geval. De grootste zonde bij het machinaal wassen is de neiging voor te spoelen, aldus Richter. ‘Vooral Zweden en Italianen spoelen de vuile vaat doorgaans uitgebreid met de hand om, vóór hij in de machine terechtkomt. Per keer verbruiken ze zo tot twintig liter water extra. Zo gaat de winst van een machinale vaat snel weer verloren.' Minder geneigd tot voorspoelen zijn Britten en Duitsers – maar die morsen dan weer met energie door te hete wasprogramma's te draaien (ruim de helft verkiest een wastemperatuur van 65° Celsius of meer, waar dat lang niet altijd nodig is). Wie dus zijn water- en elektriciteitsrekening wil drukken, moet een vaatwasser aanschaffen. Niet alleen het milieu en de portemonnee varen er wel bij, ook de vrije tijd. Door de vaat niet langer met de hand te doen, win je bijna een uur per dag, aldus Stammingers en Richters berekeningen.

DM28032011

Populaire posts van deze blog

De Neoliberale Meritocratie

Misantroop