Krijg dit maar verkocht...

Filosoof Stephan Huijboom publiceerde volgend opiniestuk in "De Volkskrant" van 22/05/16 : 
Zin geven aan het leven is essentieel voor ieder mens, maar de 'legitieme' mogelijkheden daartoe worden bepaald door onze samenleving. Tegenwoordig stelt het dominante zingevingsverhaal dat we in een consumptie- en participatiesamenleving wonen, een maatschappij waarin Economische Groei door noeste arbeid het Hoogste Goed is.

We kunnen weliswaar gelukkig zijn in een dergelijke samenleving, maar de komende decennia zullen we hoogstwaarschijnlijk merken dat er iets begint te knagen. Meerdere redenen maken dit aannemelijk. Ten eerste zal de nu al ontoereikende werkgelegenheid blijven dalen wegens automatiseringsprocessen en zal ergens in de eerste helft van deze eeuw het kwartje vallen dat niet iedereen in klassieke zin - middels betaalde arbeid - kan blijven 'participeren'. 

Ten tweede komt de heilige graal van Economische Groei in toenemende mate ten goede aan zeer welgestelden en superrijken; de top-10 procent rijksten bezit inmiddels tweederde van al het vermogen. 'Je nuttig maken voor de samenleving' komt voor een steeds groter deel neer op 'je verplicht inspannen voor de top van de samenleving'. De groeiende maatschappelijke aandacht voor zulke ongelijkheid kan het knagende gevoel bij veel mensen aanwakkeren. 

Ten derde is de God die Economische Groei heet in zijn huidige vorm volstrekt onverenigbaar met doelstellingen op het gebied van duurzaamheid. Ook hiervoor groeit de belangstelling traag doch gestaag.
Wanneer burgers zich niet langer kunnen vinden in de 'legitieme' zingevingsmogelijkheden die de huidige maatschappij hun biedt, zullen zij langzaam maar zeker op zoek gaan naar alternatieven. Hoewel werknemers momenteel - bij gebrek aan een basisinkomen - weinig anders kunnen dan zich conformeren aan de eisen van hun werkgevers, is dat slechts één kant van het verhaal. Economische Groei kent immers twee kanten: productie enerzijds, consumptie anderzijds. Politiek verzet in de vorm van anticonsumptie is dan ook een vruchtbaar en relatief onontgonnen terrein.

Er gaat een sterk bevrijdend effect uit van anticonsumptie, omdat het vrije tijd oplevert die anders besteed had moeten worden aan betaalde werkzaamheden voor anderen. Hoewel er zeker beroepen bestaan die mensen met vervulling uitoefenen, geldt voor veel werknemers nog altijd het tegenovergestelde, namelijk dat werk grotendeels een middel is (tot consumptie) en geen doel op zichzelf.

Daarnaast zal anticonsumptie op korte tot middellange termijn een respectverhogend effect hebben, aangezien het huidige consumptiepeil in ontwikkelde samenlevingen ons milieu ontwricht. De kinderen van morgen zullen hun ouders verfoeien voor zover die nu om de zoveel jaar een smartphone kopen met nutteloze nieuwigheidjes. In smartphones zitten zeldzame, onvervangbare metalen die bijvoorbeeld ook in windturbines en elektrische voertuigen worden gebruikt. Volgens onderzoekers van Yale University raken sommige van die metalen al binnen een paar decennia op. Geen tijd te verliezen dus. 
Afhankelijk van levensfase en -geschiedenis kent anticonsumptie noodzakelijkerwijs accentverschillen. Wie in de positie is om te (anti)kraken reduceert in één klap een groot deel van z'n vaste lasten. Woningbezitters kunnen daarentegen zo veel mogelijk hun hypotheek aflossen om zo op termijn hun maandlasten eveneens drastisch te verlagen. Maar er zijn natuurlijk genoeg huurders die quasigedwongen op een klein, duur kamertje zitten, of die niet in aanmerking komen voor een overigens allang niet meer zo goedkope sociale huurwoning.

Er zijn evenwel genoeg vormen van anticonsumptie die iedereen na kan streven. De kachel uitzetten in de lente, zomer en herfst, en op een lage stand in de winter. Geen kleding kopen maar oude kledingstukken repareren. Veel water drinken. Nooit meer een nieuwe smartphone kopen. Stoppen met vliegvakanties. Gratis downloaden van (toch wel winstgevende) mainstream films, series en muziek. Het nalopen van alle 'vaste' maanduitgaven en slechts behouden wat je strikt noodzakelijk acht. Wat uitjes betreft kom je, met name als je in een grote stad woont, een heel eind met een museumjaarkaart.

Veel vormen van anticonsumptie gaan klimaatopwarming tegen, maar we moeten ons geen illusies maken over de directe effecten van individuele gedragsveranderingen op dat vlak. Die zijn niet onbelangrijk, maar al met al onvoldoende, waardoor grootschalige overheidsinterventie een absolute noodzaak blijft. Een anticonsumptieve levensstijl heeft op indirecte wijze echter wél politieke effecten waardoor een ander collectief zingevingsverhaal juist dichterbij komt. Anticonsumptie stelt ons in staat de schijnheiligheid van anderen bloot te leggen vanuit een rotsvaste positie.

Neem bijvoorbeeld het niet meer op vliegvakantie gaan. De GroenLinkser die vanwege zijn stemgedrag 'groen' is maar intussen meerdere keren per jaar de kerosinesproeiende toerist uithangt, verliest alle schijn van z'n 'groene' identiteit indien hij geconfronteerd wordt met anderen die consistent niet vliegen. En de VVD'er die graag hamert op economische 'verantwoordelijkheden' van werklozen staat met z'n mond vol tanden wanneer in dit kader gewezen wordt op zijn eigen gebrek aan ecologische verantwoordelijkheid.

Anticonsumptie maakt ons kortom vrijer, het zorgt ervoor dat we minder worden uitgebuit door zeer vermogenden, we besparen er duizenden euro's per jaar mee, het legt hypocriet gedrag bloot en is uiteindelijk de enig houdbare levensstijl voor de nabije toekomst. Zullen wij tegen het einde van deze eeuw allen anticonsumenten zijn? 
SH- VK 22/05/16
Zo ... er valt wat van te zeggen denk ik dan.

“Neem bijvoorbeeld het niet meer op vliegvakantie gaan. De GroenLinkser etc etc… Dit deel van dit artikel geeft aan dat men “omwille van  het imago” aan consumptievermindering zou doen.  Dit lijkt me ietwat infantiel, onecht en kort door de bocht.  Nooit meer op vliegvakantie vernauwt alleen maar de blik op de wereld en draagt bij tot nog minder leuke momenten aan het al te grauwe kruimellevend van “Jan met de Pet”.  Consuminderen is eerder elders kijken, daar lessen uit leren en vooral… niet als een hersendood fossiel in gigantische All-in-krochten liggen te vegeteren en er verder enkel maar te vreten en te zuipen ! Helaas heeft de volksverheffing in deze vroege 21e eeuw ook zo zijn kenmerken.   Verder kan ik alleen maar monkellachend reageren op “De kinderen van morgen zullen hun ouders verfoeien voor zover die nu om de zoveel jaar een smartphone kopen met nutteloze nieuwigheidjes”.  Laat die kinderen van morgen altijd grotere consumenten zijn dan hun ouders.  Hoe jonger, hoe groter de eisen, hoe egocnetrischer de homo sapiens.  Trouwens… krijg dit consuminder-discours maar eens verkocht aan de verpletterende meerderheid der 7.4 miljard aardbewoners welke nog maar net met consumeren is begonnen.  “What you wish ain’t what you get” Mr. Huijboom.

Populaire posts van deze blog

De Neoliberale Meritocratie

Misantroop